Aan de schaars bewolkte hemel stond de zon feestelijk proef te draaien voor Koninginnedag. In de achtertuin geurden de forsythia en de spirea alsof er nooit een lange, ijzige winter was geweest. Nijvere koolmeesjes hadden alweer grootse plannen ten aanzien van het handhaven van de soort.
Gebogen over de droge aarde schuifelend, streed Tuinier zwetend tegen het zevenblad. Onbegonnen werk, wist hij. ‘Wat je niet kan overwinnen, moet je koesteren.’ had ooit iemand gezegd. Het was meer dan hij kon opbrengen.
Het zevenblad echter, koesterde louter liefde, en kwam derhalve elk jaar trouw terug.
Maar liefde wordt niet altijd evenredig beloond.